Retour à l'aperçu
26 Sep 2017

Kleinere vakorganisaties kunnen niet zomaar buiten spel worden gezet

De wet van 3 augustus 2016 tot hervorming van de Belgische spoorwegen voorzag dat “uitsluitend de representatieve of erkende syndicale organisaties deel mochten nemen aan de sociale verkiezingen”. Dit bracht met zich mee dat deelname aan de sociale verkiezingen exclusief werd voorbehouden aan de vakbonden die vertegenwoordigd waren op nationaal niveau en die een minimumaantal leden hadden, waardoor bijvoorbeeld kleine vakbonden zoals de Onafhankelijke vakbond voor het Spoorpersoneel (OVS) en de Nationale Unie der Openbare Diensten (NUOD) niet konden deelnemen aan de sociale verkiezingen in 2018.

Na een eerdere schorsing heeft het Grondwettelijk Hof dit artikel met een arrest van 26 juli 2017 definitief vernietigd. Het Grondwettelijk Hof is immers van mening dat de uitsluiting van de kleine vakbonden het vertrouwen van de werknemers in de betrokken vakbonden om hun belangen bij de werkgever te verdedigen, ernstig kan aantasten. Dit verlies van vertrouwen zou kunnen leiden tot een verlies van leden, waardoor de kleine vakbonden mogelijks stopgezet zouden moeten worden.

De kleine(re) vakbonden binnen de spoorwegsector nemen zo een voorsprong op de private sector, waar enkel leden van de drie representatieve vakbonden (ACV, ABVV of ACLVB) kunnen deelnemen aan de sociale verkiezingen.