Het WVV: de puntjes op de i
De sinds vorig jaar aangekondigde reparatiewet die de voorlopig laatste hand legt aan het Wetboek van vennootschappen en verenigingen (“WVV”) is vanaf 6 mei 2020 een feit. Deze wet voorziet onder andere in een aantal materiële wijzigingen van het WVV, waarvan sommige evenwel al meteen weer vragen oproepen.
- De uitsluiting of de van rechtswege uittreding van een aandeelhouder in een BV hoeft niet langer verplicht plaats te vinden tijdens de eerste zes maanden van het boekjaar, net zoals al het geval was in een CV.
- De beperking van bestuursaansprakelijkheid geldt nadrukkelijk niet voor de kennelijk grove fout bij faillissement, wat logisch is vermits de aansprakelijkheid voor zware fout sowieso al was uitgesloten van de kwantitatieve aansprakelijkheidsbeperking.
- Voor de BV is verduidelijkt dat de belangenconflictenprocedure niet moet worden toegepast door de bestuurders bij het nemen van de beslissing over de liquiditeitstest bij uitkering. Een gelijkaardige bepaling voor de CV is evenwel niet voorzien.
- De statutaire uitbreiding van de bevoegdheden van de algemene vergadering van aandeelhouders in een BV, CV of NV kan voortaan niet meer aan derden worden tegengeworpen, ook al is deze openbaar gemaakt.
- De vereiste dat de identiteit van de aandeelhouder vermeld moet worden in het vennootschapsdossier wanneer alle aandelen in één hand verenigd zijn, geldt nu ook nadrukkelijk voor de BV, zoals vroeger al het geval was voor de NV.
- De wettelijk samenwonende partner wordt voor bepaalde overdrachten van effecten gelijkgesteld aan de echtgenoot.
Daarnaast heeft de reparatiewet van de gelegenheid gebruik gemaakt om de stigmatisering van de oneigenlijke CV’s te bevestigen. Er is nadrukkelijk bepaald dat bestaande CVBA’s die niet voldoen aan de nieuwe wettelijke definitie van de coöperatieve vennootschap niet (langer) de benaming ‘CV’ mogen gebruiken en het volstort vast gedeelte van het kapitaal en de wettelijke reserve van dergelijke vennootschappen niet van rechtswege is omgezet op 1 januari 2020 naar de statutair onbeschikbare eigen vermogensrekening. Dit laatste ligt in het verlengde van de reeds onder het WVV geldende regel dat oneigenlijke CVBA’s tot aan hun omvorming onderworpen blijven aan de oude kapitaalregels van het W.Venn.
De reparatiewet trad in werking vanaf 6 mei 2020.