Op beide vragen publiceerde de Commissie Boekhoudkundige Normen onlangs een advies.
Gelet op de bindende kracht van een jaarrekening, kan men in principe niet meer terugkomen op een goedgekeurde jaarrekening. Op dit principe bestaat echter een uitzondering. Zo kunnen materiële vergissingen zoals schrijffouten, een voorraad die wegens verstrooidheid werd gewaardeerd tegen verkoopprijzen in plaats van aankoopprijzen, of andere grove feitelijke vergissingen die onafhankelijk van enige juridische beoordeling worden begaan, worden rechtgezet.
Kunnen ook materiële vergissingen die een beoordelingselement bevatten worden rechtgezet? Volgens de Commissie kunnen ook deze rechtgezet worden, zolang de correctie niet tot gevolg heeft dat de te goeder trouw verworven rechten van derden of aandeelhouders ter discussie worden gesteld. Let wel, beleidsbeslissingen die verkeerdelijk werden genomen zijn definitief. Of er al dan niet sprake is van een materiële vergissing is een feitenkwestie waarover de rechter uiteindelijk zal beslissen.
In België bestaat er een algemeen gebruik om elk jaar het boekjaar af te sluiten op een vaste datum. De Commissie is van oordeel dat een vennootschap in haar statuten kan voorzien dat haar boekjaar niet begint en eindigt op een vaste datum, maar op een dag van een bepaalde week van een maand. Dit zou betekenen dat de datum van afsluiting van het boekjaar zou verschillen van boekjaar tot boekjaar. Hoewel dit ons inziens relevant kan zijn, zou dergelijke interpretatie in elk geval praktische problemen met zich meebrengen. Het inschrijvingsformulier van de KBO verwijst immers naar een vaste afsluitdatum van het boekjaar die moet worden vermeld bij deze inschrijving.