Om auteursrechtelijke bescherming te genieten op een foto, tekst, schilderij, muziekstuk, etc. is in de regel vereist dat dit werk voldoende concreet is en bovendien ook van originaliteit getuigt. Van dit laatste is slechts sprake voor zover het werk de stempel draagt van de persoonlijkheid van de auteur. Die voorwaarde is van belang om het “banale” uit het auteursrecht te filteren: zo genieten foto’s die niet getuigen van enige inbreng van de fotograaf in principe geen bescherming, terwijl foto’s waarbij compositie, lichtinval, houding, etc. in acht worden genomen, de auteur wel bescherming opleveren.
Het vereiste van originaliteit wordt van oudsher aanvaard. Het verwonderde dan ook toen het Hof van Cassatie in haar arrest van 25 januari 2012 de vereiste van originaliteit plots bleek te verlaten. De uitspraak werd door de rechtsleer op heel wat kritiek onthaald onder verwijzing naar de rechtspraak in dat verband van het Europees Hof van Justitie.
Het Hof van Cassatie is inmiddels teruggekomen op haar standpunt in haar arresten van 31 oktober 2013 en 17 maart 2014. Het Hof bevestigt (opnieuw) dat het auteursrecht slechts geldt voor materiaal dat oorspronkelijk is, en met name een eigen intellectuele schepping van de auteur behelst. Dit vereist, aldus het Hof van Cassatie, een eigen intellectuele schepping van de auteur die de uitdrukking vormt van diens persoonlijkheid, en de veruitwendiging van het creatief talent van de auteur bij de realisatie van het werk, door het maken van vrije en creatieve keuzes.