In onze nieuwsbrief van mei kondigden we het aan als wet in wording, en ondertussen is het al zover. De wetswijziging inzake de gerechtelijke ontbinding van vennootschappen is effectief een feit.

Vanaf 12 juni 2017 kan de gerechtelijke ontbinding worden uitgesproken indien een vennootschap haar jaarrekening eenmalig niet (tijdig) neerlegt (i.p.v. na drie opeenvolgende boekjaren, zoals voorheen). Deze vordering tot ontbinding kan worden ingesteld na een termijn van 7 maanden vanaf de afsluiting van het boekjaar. De wet voorziet onder meer ook in drie nieuwe ontbindingsgronden (bij ambtshalve doorhaling uit de KBO, indien men geen gevolg geeft aan oproepingen voor een handelsonderzoek of indien de bestuurders niet beschikken over de vereiste beroepsbekwaamheid of basiskennis inzake bedrijfsbeheer). Deze laatste ontbindingsgronden kunnen enkel worden ingeroepen door de kamer voor handelsonderzoek en dus niet door belanghebbenden of het parket (wet van 17 mei 2017 tot wijziging van diverse wetten met het oog op de aanvulling van de gerechtelijke ontbindingsprocedure van vennootschappen).